Als kampioenen van 2021, 2022 en 2023 hebben vader Kurt en zonen Maxime en Lancelot Alsteens de voorbije jaren een hoofdrol gespeeld in de C1 Racing Cup. Samen met hun vaste teamgenoot Andy Gaban staat de familie uit Vlaams-Brabant ook in 2025 weer op de startgrid met de #228 Gaban Motorsport, vastbesloten om orde op zaken te zetten na de gemiste titel van vorig seizoen!
Waar Kurt opnieuw de rol van teammanager en strateeg zal uitoefenen en Lancelot zijn vaste plaats aan het stuur inneemt, ziet het raceseizoen van Maxime Alsteens er wat anders uit. Tijdens de 24 Uur van Francorchamps vervoegt hij het vaste duo op de #228, maar tijdens drie andere wedstrijden wordt hij de wegkapitein van een vrouwelijk getint team, waarvan onder andere Margaux Liagre deel uitmaakt.
Al jaren is racen een familieaangelegenheid voor het team van de vader en zijn twee zonen. Daarom antwoorden ze elk op één van onze vragen!

Mogen jullie de grootste uitdager genoemd worden van de nieuwe kampioenen?
Lancelot: “We willen niet pretentieus overkomen, maar de bedoeling is natuurlijk wel om de titel terug te halen naar ons team en we zien de auto van de broers Lavigne als de grootste dreiging. Aan de andere kant zijn er altijd wel vijf of zes wagens die zich komen mengen in de strijd vooraan.”
Hoe verloopt de samenwerking met Gaban Motorsport?
Kurt: “Gaban houdt zich uitsluitend bezig met de technische kant en wij met het sportieve gedeelte. Net omdat die taken zo goed gescheiden zijn, werken we in harmonie samen. Gaban Motorsport was de missende schakel die ons naar de top van het klassement heeft geloodst en daar zijn we erg dankbaar voor.”
Waarom race je in de C1 Racing Cup?
Maxime: “Ik trap misschien een open deur in door te zeggen dat de C1 Racing Cup financieel het meest toegankelijk is. De economische realiteit is nu eenmaal wat ze is. Aan de andere kant blijft het een uitstekende leerschool en wordt er minstens even hard geracet als in eender welk ander kampioenschap, ook al ga je misschien wat minder snel.”
(foto’s persbericht met dank aan Jacques Letihon)