Het wereldkampioenschap voor toerwagens begon op de legendarische Nordschleife aan zijn seizoen 2021. In het voorprogramma van de 24 Uur van de Nürburgring wist Gilles Magnus aan het stuur van de Audi RS 3 LMS van het Belgische Comtoyou team met verve de kleuren van het RACB National Team te verdedigen.
Een meer prestigieuze seizoenstart kon men zich moeilijk inbeelden. Op de 25,378 km van de ‘Groene Hel’ wist Gilles Magnus zich meer dan staande te houden. “Dit was een bijzondere start van het seizoen”, benadrukte onze landgenoot. “Voor alle autosportliefhebbers heeft de ‘oude’ Nürburgring wel een bijzondere betekenis, en bovendien ligt het circuit op amper 80 kilometer van de Belgische grens. We wisten op voorhand dat onze auto, die in deze versie voor het eerst aan de start van een race komt, door de BoP niet echt in het voordeel zou zijn. Eigenlijk was het nog erger dan verwacht. In die context kan ik alleen maar tevreden zijn over mijn zo goed als perfecte ronde die me een veertiende plaats op de startgrid opleverde.”
In de eerste race wist onze landgenoot zijn goede vorm te bevestigen. “Van op de 14de startpositie kon ik al snel naar de 12de plaats opklimmen. Jammer genoeg raakte de linkervoorband beschadigd en kwam ik als 15de over de streep, in een race die gelukkig door de weergoden werd gespaard.”
De tweede race werd vlak na de eerste gehouden, en begon op ideale wijze voor de vertegenwoordiger van het RACB National Team.
“Al snel klom ik van plaats 14 naar de achtste plek. Jammer genoeg begon de achterkant van de Audi RS 3 LMS wat grip te verliezen. Analyse achteraf wees uit dat een onderdeel van het wiel, waarschijnlijk een wielnaaf, was afgebroken. Ik kwam uiteindelijk als negende over de streep. Er wordt nog een klacht tegen een andere rijder behandeld, dus misschien win ik nog een plaatsje, maar echt belangrijk is dat niet. Wat telt is dat ik op dit lastige circuit mijn eerste punten van het seizoen heb laten optekenen. Ik ben ook tevreden over het feit dat ik zowel in de kwalificaties als in de race sneller was dan mijn teammaat. In de tweede race won ik trouwens ook de FIA WTCR Trophy, voorbehouden aan onafhankelijke rijders die niet voor een fabrieksteam aan de slag gaan.”