Belgium Racing-rijders Dylan Derdaele en Marc Goossens reisden afgelopen weekend af naar Kroatië voor de derde afspraak in de NASCAR Whelen Euro Series 2020. De Automotodrom Grobnik was een nieuwkomer op de kalender, want nooit eerder werd er een NASCAR-race georganiseerd. Dylan Derdaele en Marc Goossens kregen het circuit echter snel onder de knie, maar werden geconfronteerd met een nukkige motor.
Het werd een frustrerend weekend voor Dylan Derdaele en Marc Goossens op de #98 Caal Racing Ford Mustang in de kleuren van Derdaele+. Motorproblemen zouden het Belgische duo het ganse weekend achtervolgen, maar uiteindelijk sloten ze alle races af in de top 7, waardoor ze belangrijke punten sprokkelen in de tussenstand.
“We vertrokken richting Kroatië zonder echt te weten waar we ons aan moesten verwachten”, vertelt Dylan Derdaele. “Het circuit was nieuw, maar na de pech de vorige twee meetings, was ik gebrand op een goed resultaat. In Zolder bewezen we dat de snelheid er was en dus mikten we hier op podia. Helaas merkten we na de eerste dag dat we vermogen tekortkwamen ten opzichte van de concurrentie, en dan wordt het moeilijk. Het is ongelooflijk frustrerend om op die manier te moeten racen, zeker in een kampioenschap waar iedereen in principe met gelijke wapens strijdt. Het bewijst echter nog maar eens hoe dichtbij tegenslag soms bij succes ligt. In het Belcar Endurance Championship kenden we dit seizoen geen enkel technisch probleem en pakten we onze tweede nationale titel op rij, maar in de NASCAR lijkt de pechduivel ons te achtervolgen. Uiteindelijk finish ik tweemaal vijfde; niet wat ik gehoopt had, maar ik pak wel tweemaal punten en dat is van belang. We richten nu het vizier op Spanje, want in Valencia staan er begin december liefst vier races op het programma waarvan er twee dubbele punten opleveren. Het circuit is nieuw voor mij, maar ik wil bewijzen dat ik mijn plaats in dit kampioenschap waard ben!”
Ook Marc Goossens beperkte de schade na een lastig weekend. “Ik vond vrij snel de goede rijlijnen en ook de afstelling van de wagen was top, maar op de rechte stukken merkte ik dat de concurrenten steeds van mij wegreden. Het is zeer lastig kwalificeren in die omstandigheden en ook in de races zelf voel je je onmachtig. Ik heb het hoofd echter koel gehouden, aanrijdingen vermeden en de wagen tweemaal heelhuids aan de finish gebracht. Ondanks dat alles, eindig ik de laatste race nog als vierde. Zonder dat motorprobleem, had een podium dus zonder twijfel tot de mogelijkheden behoord. Na de seizoensopener in Italië hebben we een nieuwe motor ingebouwd, maar toch lopen we opnieuw tegen een probleem aan. Dat is frustrerend, maar ik wil CAAL Racing wel loven voor hun harde werk de voorbije dagen, want ze hebben alles in het werk gesteld om het probleem op te lossen. Soms zit het niet mee en dan moet je de schade zien te beperken, dat is exact wat we dit weekend hebben gedaan. Bij de seizoensfinale in Valencia zijn er nog evenveel punten te verdienen als tot dusver in het seizoen. Alles ligt dus nog open, want ik sta op een zesde plaats op slechts 37 punten van de leider.”
De NASCAR Whelen Euro Series trekt van 3-6 december naar Valencia voor het slot van het seizoen 2020.