Longin … een naam die in circuit middens zeer bekend in de oren klinkt, of het nu op nationale bodem is of ver daarbuiten, dat maakt eigenlijk geen verschil. Het afgelopen jaar vierde vader Bert zijn zilveren jubileum in de autosport terwijl zoon Stienes al ruim 11 jaar actief is. In het kader van onze reeks ‘Zo vader, zo zoon’ trokken we naar ‘Team Longin’ om na te gaan hoe en waar het allemaal begon.
25 jaar Bert Longin in de autosport. Dat doen je er niet veel na denk ik?
“Goh, dat zou goed kunnen natuurlijk. Het klopt dat mijn carrière de autosport in 1996 begon. Ik herinner me zelfs mijn eerste race nog. Dat was als ik het goed voor heb in de Touring Cup en dit met een Porsche van bij AD Sport. Aan het einde van het seizoen had ik met de ’10 Uren van Zolder’ zelfs mijn eerste overwinning al te pakken. In die 24 jaren heb ik met heel veel wagens gereden, ik schat ongeveer een 90 à 100 stuks. Ze beginnen op te noemen of onder te verdelen is niet te doen. Ik heb met tal van merken gereden: Porsche, Audi, BMW, Corvette, Ford, de prototypes, de VW Fun Cup, de bolides van de NASCAR … en ga zo maar door.
De traagste wagen waar ik ooit mee geracet heb was ongetwijfeld een 2PK op het circuit van Spa-Francorchamps tijdens een 2CV 24 Hour Race. Traag, dat misschien wel, maar ik won er de bioklasse. Over de meest zuinige wagen moeten we niet lang nadenken, dat betrof er eentje van het Belgische Agoria Solar Team, een wagen op zonne-energie dus. Maar het hoofdonderwerp van racen is natuurlijk de snelheid en de snelste wagen waar ik ooit mee gereden heb was de fabrieks Corvette GT1 van PK Carsport, man dat ging vooruit.”
We weten ondertussen al dat je carrière in ’96 begon maar … hoe ben je in de autosport terecht gekomen?
“Van jongs af aan ben ik in feite altijd bezig geweest met iets wat een motor had, eigenlijk om het even wat. Vermits een crossmotor toch goedkoper en toegankelijker was dan een wagen werd er gereden met en gesleuteld aan een crossmotor en dat was ook wel mijn ding hoor. Ik heb vroeger dan ook motorcross gereden en dit zelfs op Europees niveau. Maar in 1995 – ik was toen net geen 30 – had ik mij ingeschreven voor een trackday van Story Magazine en ik was verkocht.”
Bijna 25 jaar, een zeer rijkgevulde carrière, met tal van herinneringen. Bert, welke races of herinneringen staan steevast in je geheugen gegrift?
“Dan moet ik inderdaad heel goed nadenken. Voor een eerste herinnering moeten we terug naar eind november 2008, naar het Argentijnse San Luis waar Anthony Kumpen en ik na een eerder matig jaar revanche namen door aan het stuur van een Saleen GT1 de race te winnen. Iets wat me ook steeds bijgebleven is was mijn tijd bij Audi waar ik fabriekspiloot werd.
Ook zes keer de 24 Hours of Zolder winnen is een prestatie waar ik enorm fier op ben. Het is niet iedereen gegeven en ik ben dan ook zeer blij dat ik in 2019, mede dankzij het Agoria Solar Team, wereldkampioen ben geworden.
Bovenstaande zijn eigenlijk allemaal meer aparte herinneringen, herinneringen van één dag of een bepaalde, al dan niet, korte periode, maar sta me toe toch ook het volgende even mee te geven. Van die 24 jaren autosport deel ik er maar liefst 21 met mijn goede vriend Anthony Kumpen en zo een lange samenwerking in de autosport is toch wel heel uitzonderlijk. Bij aanvang van mijn carrière had ik dat nooit durven dromen maar mede door het feit dat ik mezelf zo goed verzorg kan ik vandaag de dag nog steeds mee op dit niveau en ik krijg nog regelmatig uitnodigingen om te racen. Daar ben ik natuurlijk heel dankbaar voor.”
Bert … zo vader zo zoon … Stienes, die vroeger als kleine ‘gamin’ vast en zeker ook op circuit rondliep en die dan jaren later in je voetsporen treedt, dat klinkt als muziek in de oren neem ik aan?
“Uiteraard, iets wat je zelf al je jaren graag gedaan hebt en nog steeds doet, daar je zoon in zien opgroeien … en met succes … dat is leuk, en dat is dan nog zacht uitgedrukt. Ik merk toch ook wel dat er een aantal gelijkenissen zijn tussen mij en Stienes. Zo beschikt hij in de wagen over dezelfde aanvalsdrift en verbetenheid, iets wat eens je in de wagen zit, maar moeilijk onder controle te houden is. Stienes heeft ook de wil om races naar zijn hand te zetten en te winnen en zodoende een mooi palmares bij elkaar te rijden. We delen nog vaak dezelfde wagen en we houden natuurlijk ook altijd nabesprekingen van de races, maar ik zie me naar Stienes toe toch vooral als een soort van manager en raadgever.”
Stienes, wanneer begon het allemaal voor u?
“De interesse in de autosport is er wel altijd geweest denk ik en onbewust heeft dat wellicht te maken met het feit dat ik er ten huize Longin mee ben opgegroeid. Ik ben op 18-jarige leeftijd met de autosport begonnen, zo’n 11 jaar geleden dus, iets later dan gebruikelijk misschien. De microbe kreeg op Circuit Zolder te pakken tijdens enkele rondjes op het Limburgse asfalt met een standaard BMW. Maar mijn eerste meters heb ik niet op circuit gereden, maar op een parcours voor de autocross.
Enkele jaren later dan, in 2013, ben ik effectief op circuit beginnen rijden. Dit was in de ‘Belgian Gentlemen Driver’s Club’, ook wel bekend als de BGDC en dit in de Renault Clio Cup. Een jaar later, in 2014, werd ik reeds Belgisch Kampioen in die BGDC.
Dan maakte ik de overstap naar de NASCAR Whelen Euro Series in 2015 waar ik prompt de titel van ‘Rookie Champion’ wist te behalen. Nog een jaar later was ik de beste bij de Elite2. In 2017 schakelde ik een versnelling hoger, naar de Elite1, waar ik Junior kampioen werd. 2019 was als het ware nog beter want toen werd ik NWES vice-kampioen Elite1 alsook kampioen in de Belcar en werd de 24 Hours of Zolder gewonnen.
Nu, qua resultaten is het behoorlijk de goede kant uitgedraaid als je daar nu op terugkijkt, maar ik kan je verzekeren dat de naam ‘Longin’ in het begin van mijn carrière, toen nog een iets jongere kerel dan nu, toch niet altijd een voordeel was. Je bent en blijft immers de ‘zoon van’ iemand die op dat moment in zijn autosportcarrière al heel wat gepresteerd had en men gaat er dan van uit dat het voor de ‘zoon van’ eveneens van een leien dakje loopt.”
Te begrijpen Stienes, maar je hebt je heel aardig uit de slag getrokken natuurlijk. Wat is jouw persoonlijke top drie van je autosportcarrière?
“Zoals ik al liet weten was 2019 voor mij een topjaar. Mijn eerste overwinning bij de Elite1 van de NASCAR Whelen Euro Series op Circuit Zolder staat met stip bovenaan, op de hielen gezeten door de overwinning in de ’24 Hours of Zolder’ datzelfde jaar. De titel in NWES Elite2 in 2016 maakt mijn top drie compleet.”
Stienes … zo vader zo zoon … wat is volgens jouw de gelijkenis met je vader. Heb je bewust of onbewust een aantal dingen overgenomen denk je?
“Dat zou uiteraard allemaal goed kunnen ja. Volgens mij is onze rijstijl vrij identiek, vooral ook bij de setup van de wagen. Maar als je er even over nadenkt valt het inderdaad wel op hoe gelijkend wij zijn op het gebied van autosport. Om even terug te komen op onze rijstijl … ik denk misschien toch dat ik wellicht een tikkeltje agressiever rijd dan mijn vader … zou dat met de leeftijd te maken kunnen hebben denk je (lacht)?
Nu, ik kom heel goed overeen met mijn vader. We racen samen, we trainen zo nu en da samen en daarbuiten is familie ook heel belangrijk voor ons, maar op het gebied van autosport zie ik mijn vader vooral toch als mentor in de eerste plaats en manager in tweede instantie.”
‘Zo vader, zo zoon’ … en binnen een dikke week racen beiden al weer in Dubai …
Zo goed als alle foto’s in het artikel komen uit het archief van RallyandRaces. Foto Bert (Agoria Solar Team): persbericht september 2020. Met dank aan Hans Saenen voor de overige foto’s.